Vrienden, ik ben aan de pil!
Wat uitleg kan misschien geen kwaad want ik ben immers gesteriliseerd. Maar geloof het of niet, net dat is de oorzaak. Gek, toch? Als ik mezelf zo hoor kan ik helemaal niet meer volgen, dus laten we bij het begin beginnen.
Een van de zaken die onze redders in Roemenië doen als iemand van ons naar een warm nestje mag gaan, is sterilisatie. Zij zijn daarmee eigenlijk wel de enigen die dit in mijn thuisland doen want voor de rest trekt niemand zich daar iets van aan. Zwanger? Hup, de straat op! In een zak, afmaken, afvoeren, weg met de puppies.
Maar goed, ik werd dus gesteriliseerd voor ik naar België kwam.
Een weekje geleden speelde ik met Guido en Rocky, toen die plots ernstig begon te kijken (Ik heb het over Guido, want Rocky kan niet ernstig kijken). Jacky werd erbij geroepen en toen stonden ze ineens met twee ernstig naar me te kijken. In gedachten ging ik onmiddellijk na of ik iets verkeerd gedaan had.
Niks binnen gedaan (ook al lijkt die kattenbak van Thelma erg verleidelijk), beleefd geblaft op vreemde mensen en een sok netjes teruggelegd na het spelen. Er viel me dus niets te binnen.
Toen ze me op mijn rug legden, begon ik me echt wel zorgen te maken. Zit mijn vakantie erop? Moet ik terug naar Roemenië?
Ze ontdekten een bult op mijn buik. Die had ik s’morgens al gevoeld, maar waar ik vandaan kom, is een bultje meer of minder het minste van onze zorgen.
De volgende dag mocht ik met Guido mee naar een ander huis. Eenmaal binnen, herkende ik de geur.. De veearts die me eerder al onderzocht.
Ik weet nog dat ik na de vorige keer wat extra aandacht had gekregen, dus was het zaak om me ook nu te gedragen. Kan toch niet moeilijk zijn.
Dat goede voornemen duurde zestig seconden. De veearts wist precies wat die bult was.
Een abces, veroorzaakt door het draadje van de hechting van de sterilisatie. Kwam regelmatig voor, stelde hij gerust. Aan zijn ogen te zien maakte het hem gelukkig en toen hij handschoenen aantrok fonkelden zijn ogen nog feller. Ik was nog net aan het denken dat het wel gek was om handschoenen te dragen, want het was daarbinnen allesbehalve koud, toen die zot op mijn bult duwde. Zonder waarschuwing!
Ok, ik moet toegeven dat dat het moment was dat ik mijn goede voornemen vergat.
Ik schreeuwde.
Ik schreeuwde als een meisje.
De abces sprong open en de inhoud knalde via het plafond, tegen een kast om uiteindelijk op de grond te belanden. Tenminste, zo leek het toch voor mij. Veel tijd om na te denken kreeg ik niet want ik wou net diep ademhalen toen de beul opnieuw duwde. Ik vergat het ademhalen, ik vergat het denken en deed wat iedere zinnige hond op dat moment zou doen.
Ik schreeuwde opnieuw.
Net toen ik besloot om die man zijn welverdiende loon te bezorgen, stopte hij.
‘Zo, dat is ook weer proper’.
Ik keek rond en vond dat het allesbehalve proper was. Smurrie op tafel, smurrie op zijn handschoenen, smurrie op zijn hemd. Vooral dat laatste was goed voor mijn wraakgevoelens.
‘Nu nog een spuitje en dan komt alles goed’.
Het spuitje negeerde ik, een Roemeense straathond draait nu eenmaal zijn poot niet om voor een steekje meer of minder. Maar ik negeerde de man ook. Zal hem leren.
Guido kreeg antibiotica pillen mee die hij me elke dag moest geven totdat de strip leeg was. S’morgens een kwartje en s’avonds een kwartje. Hij verstopt het in een stukje vlees, maar ik ontdekte dat, als ik het pilletje uitspuw bij het eerste stukje vlees, ik gewoon nog een stukje vlees krijg. Heb ik wel verdiend, vind ik.
Het gekke is dat je hier als patiënt nog meer in de watten wordt gelegd. Vroeger zocht je dan best een plek om je te verstoppen, maar nu hoef ik me daar geen zorgen meer over te maken. Als beloning mocht ik gisterenavond zelfs vanop mijn favoriet schapenvacht naar de film ‘Benji’ kijken. Over carrière gesproken. Maar daar heb ik het de volgende keer over.
Blijf ondertussen hopen, vrienden.
Ik weet dat er mensen zijn die jullie ook plaats willen geven.
Zeker weten.
Wat uitleg kan misschien geen kwaad want ik ben immers gesteriliseerd. Maar geloof het of niet, net dat is de oorzaak. Gek, toch? Als ik mezelf zo hoor kan ik helemaal niet meer volgen, dus laten we bij het begin beginnen.
Een van de zaken die onze redders in Roemenië doen als iemand van ons naar een warm nestje mag gaan, is sterilisatie. Zij zijn daarmee eigenlijk wel de enigen die dit in mijn thuisland doen want voor de rest trekt niemand zich daar iets van aan. Zwanger? Hup, de straat op! In een zak, afmaken, afvoeren, weg met de puppies.
Maar goed, ik werd dus gesteriliseerd voor ik naar België kwam.
Een weekje geleden speelde ik met Guido en Rocky, toen die plots ernstig begon te kijken (Ik heb het over Guido, want Rocky kan niet ernstig kijken). Jacky werd erbij geroepen en toen stonden ze ineens met twee ernstig naar me te kijken. In gedachten ging ik onmiddellijk na of ik iets verkeerd gedaan had.
Niks binnen gedaan (ook al lijkt die kattenbak van Thelma erg verleidelijk), beleefd geblaft op vreemde mensen en een sok netjes teruggelegd na het spelen. Er viel me dus niets te binnen.
Toen ze me op mijn rug legden, begon ik me echt wel zorgen te maken. Zit mijn vakantie erop? Moet ik terug naar Roemenië?
Ze ontdekten een bult op mijn buik. Die had ik s’morgens al gevoeld, maar waar ik vandaan kom, is een bultje meer of minder het minste van onze zorgen.
De volgende dag mocht ik met Guido mee naar een ander huis. Eenmaal binnen, herkende ik de geur.. De veearts die me eerder al onderzocht.
Ik weet nog dat ik na de vorige keer wat extra aandacht had gekregen, dus was het zaak om me ook nu te gedragen. Kan toch niet moeilijk zijn.
Dat goede voornemen duurde zestig seconden. De veearts wist precies wat die bult was.
Een abces, veroorzaakt door het draadje van de hechting van de sterilisatie. Kwam regelmatig voor, stelde hij gerust. Aan zijn ogen te zien maakte het hem gelukkig en toen hij handschoenen aantrok fonkelden zijn ogen nog feller. Ik was nog net aan het denken dat het wel gek was om handschoenen te dragen, want het was daarbinnen allesbehalve koud, toen die zot op mijn bult duwde. Zonder waarschuwing!
Ok, ik moet toegeven dat dat het moment was dat ik mijn goede voornemen vergat.
Ik schreeuwde.
Ik schreeuwde als een meisje.
De abces sprong open en de inhoud knalde via het plafond, tegen een kast om uiteindelijk op de grond te belanden. Tenminste, zo leek het toch voor mij. Veel tijd om na te denken kreeg ik niet want ik wou net diep ademhalen toen de beul opnieuw duwde. Ik vergat het ademhalen, ik vergat het denken en deed wat iedere zinnige hond op dat moment zou doen.
Ik schreeuwde opnieuw.
Net toen ik besloot om die man zijn welverdiende loon te bezorgen, stopte hij.
‘Zo, dat is ook weer proper’.
Ik keek rond en vond dat het allesbehalve proper was. Smurrie op tafel, smurrie op zijn handschoenen, smurrie op zijn hemd. Vooral dat laatste was goed voor mijn wraakgevoelens.
‘Nu nog een spuitje en dan komt alles goed’.
Het spuitje negeerde ik, een Roemeense straathond draait nu eenmaal zijn poot niet om voor een steekje meer of minder. Maar ik negeerde de man ook. Zal hem leren.
Guido kreeg antibiotica pillen mee die hij me elke dag moest geven totdat de strip leeg was. S’morgens een kwartje en s’avonds een kwartje. Hij verstopt het in een stukje vlees, maar ik ontdekte dat, als ik het pilletje uitspuw bij het eerste stukje vlees, ik gewoon nog een stukje vlees krijg. Heb ik wel verdiend, vind ik.
Het gekke is dat je hier als patiënt nog meer in de watten wordt gelegd. Vroeger zocht je dan best een plek om je te verstoppen, maar nu hoef ik me daar geen zorgen meer over te maken. Als beloning mocht ik gisterenavond zelfs vanop mijn favoriet schapenvacht naar de film ‘Benji’ kijken. Over carrière gesproken. Maar daar heb ik het de volgende keer over.
Blijf ondertussen hopen, vrienden.
Ik weet dat er mensen zijn die jullie ook plaats willen geven.
Zeker weten.